Het leven is soms net een sprookje..

In een klein land hier ver vandaan, in een piepklein dorpje, woont Nala samen met haar ouders en haar zus Noa. Ze wonen in een eenvoudig huisje, met wat grond en een paar dieren. Haar vader is dagelijks bezig het land en de dieren te onderhouden en heeft niet veel tijd voor zijn gezin. De gezondheid van hun moeder is niet altijd even goed, dus Nala en Noa moeten vaak rustig zijn en niet te veel herrie maken. Hierdoor zijn ze van kleins af aan al op zichzelf of op elkaar aangewezen en is er veel ruzie thuis.

Tijdens de vele uren die Nala buiten doorbrengt tuurt ze vol bewondering over het land. Kijkend in de verte is ze benieuwd wat er nog meer te beleven valt. Magische wezens die kunnen toveren, misschien wel vliegende olifanten of eenhoorns met een super mooie witte vacht en mannen in de kleur van de regenboog. Ohh, wat zou het toch gaaf zijn om op ontdekkingstocht te gaan.

Na de zoveelste aanvaring thuis besluit ze dat het genoeg is geweest en pakt haar knapzak. Na afscheid genomen te hebben van Noa en de mededeling aan haar ouders dat ze de wereld gaat ontdekken draait ze met haar ogen dicht een rondje. Als ze tot stilstand is gekomen loopt ze de kant op waar ze naar kijkt. Stuiterend van enthousiasme begint ze met een grote glimlach te rennen. Kom maar op met het avontuur! 

Lopend, rennend, dansend en springend over stenen en beekjes zwerft ze door het onbekende land. Af en toe rust ze even uit en geniet van de zon. Slapen doet ze in lege grotjes naast een kampvuur. Het leven is best mooi, bedenkt ze zich. Zeker nu ze kan doen wat ze wil en geen rekening hoeft te houden met wie dan ook. En nog beter, niemand om ruzie mee te maken. Minuten worden uren, uren worden dagen en dagen worden weken, ze geniet intens. De beslissing om weg te gaan had ze veel eerder moeten nemen.

Op een dag komt ze bij een dorpje en besluit te kijken of ze er wat te eten kan kopen. Ze loopt het dorpje binnen en merkt dat ze eigenlijk niet zo goed weet hoe ze zich moet gedragen. Verlegen mompelt ze iedereen die haar aanstaart gedag. Er wordt hier en daar wat terug geknikt maar niemand zegt heel veel. Voorzichtig vraagt Nala of ze misschien ergens wat te eten kan kopen en er wordt stil naar een hutje gewezen. Geraakt door de houding van de bewoners loopt ze rustig en enigszins teneergeslagen naar het hutje.

Als ze op de deur klopt doet een grote, nors kijkende, man open. Wat kom je doen, vraagt hij. Nou zegt Nala verlegen, ik vroeg mij af of ik hier misschien wat eten kan kopen. Ik ben op doortocht en al dagen onderweg en mijn eten is op en heb best wel honger. De norse man kijkt haar aan en wijst naar een emmer en een spons. Als je wilt eten, dan zal je er voor moeten werken. Nala vindt het een beetje vreemd, ze vraagt toch of ze eten kan kopen? Ze doet toch maar wat haar gezegd wordt. Ze heeft thuis geleerd dat je volwassenen niet tegenspreekt.

Als ze klaar is met poetsen krijgt ze wat te eten en wijst de norse man naar een ander hutje. Ga daar slapen, morgen hebben we een ander klusje voor je. Verbijsterd durft Nala niet te zeggen dat ze niet van plan was om te blijven en loopt naar het hutje. Moe valt ze in slaap, morgen doet hij vast aardiger tegen haar en kan ze vertellen dat ze niet van plan is om te blijven. Maar de dagen gaan voorbij en hoewel Nala zonder klagen alles doet wat haar opgedragen wordt door de norse man of zijn zoon Dexter, doet niemand in het dorp aardig tegen haar. Elke dag hoort ze gelach om zich heen. Groepjes die samen werken, samen spelen en samen delen. Maar haar laten ze elke dag alles alleen doen. Niemand gunt haar een blik waardig.

 Als ze het weer eens van een afstandje aanschouwd voelt Nala een steek van jaloezie in haar hart en tegelijkertijd boosheid. Het voelt zo frustrerend want ze heeft geen idee waarom de mensen zo tegen haar doen. Ze is toch netjes en beleefd? Doet toch alles wat haar opgedragen wordt? Wat doet ze verkeerd? Ze begrijpt het echt niet. Het niet begrijpen zorgt ervoor dat ze de ene dag boos in slaap valt en de andere dag huilend van verdriet. Ze zou weg kunnen gaan, maar dat durft ze niet. Ze zou naar de mensen toe kunnen lopen en met een smoesje om hulp kunnen vragen of kunnen vragen of ze hen misschien kan helpen. Maar ook dat durft ze niet. Als mensen op haar zaten te wachten dan was iemand vast al wel naar haar toe gekomen. Verdrietig komt Nala tot de conclusie dat het blijkbaar overal hetzelfde is als thuis. Daar moesten zij en haar zus Noa het ook altijd zelf uitzoeken en alles alleen doen.

Op een dag komt de norse man naar haar toe gelopen. Nala, hier heb je een kaart. Met deze kaart ga je op pad. Volg je de aanwijzingen goed, dan volgt een ultieme uitdaging. Wat die uitdaging is zal je vanzelf ontdekken. Je krijgt van mij dit paard mee. Zij luistert naar de naam Rainbow Star. Nala bekijkt de kaart en bedenkt dat ze dat wel moet kunnen. Ze pakt haar spullen, genoeg te eten en stopt het in de zadeltassen van Rainbow Star.

Vlak voor ze vertrekt draait ze zich nog even om en ziet dat het hele dorp naar haar staat te kijken. Waarschijnlijk alleen maar omdat ze denken dat ze nooit meer terug komt. Nou denkt Nala strijdvaardig, dat zullen we nog wel eens zien. Ik kan meer dan jullie denken. Als ze wil vertrekken hoort ze achter zich dat ze even moet wachten. Het is Dexter.

Ik moet met je mee, zegt hij. Om je te beschermen. Verbijsterd kijkt Nala hem aan en zegt onverwacht snerend en met rollende ogen dat ze zijn hulp niet nodig heeft en galoppeert zo hard als ze kan weg. Ze kookt van woede. Hoe durven ze. Ze doen al sinds ze er is onaardig tegen haar, Dexter nog het meest, en dan moet die eikel ook nog met haar mee om haar te beschermen. Zij heeft zijn hulp niet nodig denkt ze mokkend. Ik kan het allemaal zelf wel. 

De route van de kaart volgend komen ze langs beekjes, rivieren en gaan over besneeuwde toppen en zien wezens die Nala tot op heden alleen uit verhalen en fantasieen kende. Het gaat allemaal best voorspoedig. Oke, zij en Dexter praten alleen met elkaar als ze de route bepalen en vaak mondt dat uit in een ruzie maar verder gaat het prima. Ze heeft hem niet nodig, ze kan het allemaal zelf wel.

Hij is toch degene die onaardig tegen haar doet, dus waarom zou ze nu dan ineens wel aardig tegen hem gaan doen? Hij is toch alleen maar mee om straks te kunnen vertellen hoe kansloos ze was. Dat ze heeft gefaald?. De gedachte maakt haar verdrietig.

Als Nala ziet dat ze niet meer verder kan omdat er een enorm meer voor haar ligt, met aan de oever een bootje en in de verte een eilandje, hoort ze een vreemd geluid. Ze kijkt om zich heen maar ziet niets geks. Eigenlijk is ze bang maar ze wil het niet laten zien aan Dexter. Zij riep zo hard dat ze zijn hulp niet nodig had en dat hij haar niet hoefde te beschermen. Rainbow Star weigert om verder te lopen, dus Nala stapt af en bindt de teugels om een boom. Dexter doet hetzelfde ondanks dat zijn paard niet bang lijkt te zijn.

Weet jij wat dit voor geluid is, vraag Nala aan Dexter. Dexter schudt ontkennend zijn hoofd, hij weet het niet. Bibberend van angst blijft Nala om zich heen kijken, zoekend naar het geluid. Het geluid van vuur komend uit het water. Wat een rare combinatie denkt Nala terwijl ze langzaam het gedaante van een zeepaardje ontdekt, Nala moet even goed kijken, maar ze ziet het toch echt goed. Het is een vuurspugend zeepaardje. En dat vuurspugende zeepaardje heeft Nala, Dexter en de 2 paarden nu ook gezien en probeert ze te verbranden met het vuur wat uit zijn snuit komt.

Tot haar verbazing ziet Nala dat Dexter de paarden meeneemt en relaxt achter een rots gaat zitten. Als je mijn hulp nodig hebt dan zeg je het maar hoor roept Dexter en gooit een zwaard richting Nala. Nala pakt het zwaard op en schreeuwt woedend tegen Dexter dat ze het wel alleen kan. Dat ze geen hulp van een watje nodig heeft. Dat ze nog nooit een zwaard vast gehouden heeft vertel ze maar niet. Nala springt, rent, duikt, schuild en zwaait het zwaard in het rond met het gevoel dat haar leven ervan afhangt. Maar ze komt niet in de buurt van het vuurspugende zeepaardje. Andersom zit het vuurspugende zeepaardje haar op haar hielen met zijn vuur. Nala heeft eigenlijk ook geen idee waar ze hem precies moet raken om hem te doden. Ze vraagt zich heel even af of Dexter het misschien weet, maar duwt deze gedachten weer weg. Ze kan het zelf wel en dat zal ze bewijzen ook.

Maar Nala wordt steeds moeier en haar armen en benen beginnen pijn te doen van het rond vliegende vuur wat haar geraakt heeft. Het besef komt langzaam binnen dat als Nala wil winnen van het vuurspugende zeepaardje, ze de hulp van Dexter moet accepteren. Maar ja, wat denkt hij wel niet van haar als ze nu aan hem gaat vragen of hij haar misschien kan helpen. Dan lacht hij haar vast uit. Nala probeert het nog 1 keer alleen maar als ze voor de zoveelste keer keihard op de grond valt, weer geraakt wordt door het vuur, komen de tranen. Tranen van pijn en inmiddels verdriet van het er alleen voor staan en ten einde raad roept ze Dexter.

Dexter wil je mij alsjeblieft helpen? Heb je enig idee hoe we het zeepaardje kunnen verslaan want we moeten vast met het bootje naar het eilandje varen om verder te gaan met de uitdaging. Dexter roept lachend dat hij dacht dat ze het nooit zo vragen, pakt iets uit zijn zadeltas en loopt naar Nala toe. Hier zegt hij, gooi dit maar richting Seadragon en hij geeft haar een stuk gedroogd vlees. Wat roept Nala verbijsterd, heeft dat gevaarlijke beest een naam? Gooi nou maar zegt Dexter. 

Nala gooit het vlees richting Seadragon en tot haar verbazing veranderd het enge vuurspugende beest in een aanhankelijk zeepaardje. Dexter loopt naar hem toe en aait over zijn hoofd. Seadragon zwemt in het meer en doet helemaal niets. Hij wil alleen maar spelen. Het is jou hoofd die er een gevaarlijk beest van maakt legt Dexter uit. En hoe leuker Seadragon het spelletje vindt, hoe wilder hij uit enthousiasme wordt met vuurspugen.

Waarom heb je niets gezegd roept Nala boos. Ik zit onder de brandwonden en ben doodmoe. Je hebt mijn hulp toch niet gevraagd zegt Dexter en van vader moest ik net zo lang wachten met vertellen dat Seadragon helemaal niets doet tot je zelf om mijn hulp zou vragen. Het is dus je eigen schuld dat je zo onder de brandwonden zit. Seadragon daarentegen is helemaal happy van het spelen en zal vannacht lekker slapen.

In tranen laat Nala zich op de grond zakken. Ze voelt zich vernederd, in de steek gelaten. Waarom heeft Dexter niet gewoon gezegd dat dat rare beest niets doet? Waarom hebben ze haar deze kant opgestuurd? Nala probeert na te denken, maar is te moe om zelf tot zinnige conclusies te komen. Dexter besluit dat het tijd is voor een uitleg.

Wat heb je net geleerd, vraagt Dexter. Nala denkt na en ziet haar brandwonden. Om hulp vragen zegt ze zacht. Heb je überhaupt aan mij gevraagd of ik Seadragon kende, vraagt Dexter. Nala mompelt boos dat ze wel gevraagd heeft of hij het geluid kende en hij zei van niet. Dat klopt ook zegt Dexter, ik heb Seadragon nog nooit geluid horen maken. Maar dat zegt dus helemaal niets over het wel of niet kennen van Seadragon.

In het dorp deed je werkelijk alles wat vader of ik je opdroegen. Je zei nooit nee en kwam nooit naar ons toe. Je hebt niet eens gezegd of je wel van plan was om te blijven. Je hebt weken van een afstandje naar ons staan kijken, maar je hebt nooit gevraagd of je mee mocht doen of gevraagd of we je ergens mee konden helpen als bleek dat hulp krijgen wel handig was. En jou houding was zodanig dat niemand van ons de behoefte voelde om naar jou toe te gaan. Het leek vader tijd voor een mooie les voor jou en daarom heeft hij ons naar Seadragon gestuurd. Vader was benieuwd hoe lang het zou duren voordat je om hulp zou vragen. Door zou hebben dat je niet alles alleen hoeft te doen, niet alleen bent, dat het niet in elke dorp hetzelfde gaat. Maar dat je eigen houding bepaald hoe dingen in het leven lopen. Nou zegt Dexter, je bent wel erg koppig. Als je meteen aan mij had gevraagd of ik wilde helpen had je helemaal geen brandwonden gehad.

Nala barst wederom in tranen uit. Ze weet dat Dexter gelijk heeft. Ze weet dat ze eerder om zijn hulp had moeten vragen, maar ze kon het niet. Ze durfde het niet. Zo gewend dat ze thuis altijd alles maar alleen moet doen, dat niemand er voor haar is als ze iemand nodig heeft. De pijn van de brandwonden doet haar beseffen dat het zo niet langer kan. Ze zal vaker en sneller om hulp vragen. En in plaats van op een afstandje jaloers toekijken naar de gezelligheid, op mensen afstappen en vragen of ze misschien mee mag doen, of er voor haar ook een plekje is. Alles alleen doen en altijd maar alleen zijn is niet leuk.

Nu Nala een belangrijke les heeft geleerd vindt Dexter het tijd om weer naar huis te gaan. Hij weet een mooie, maar langere route. Nala vindt het prima. Zo heeft ze wat langer de tijd om de gebeurtenissen op haar in te laten werken. Onderweg hebben ze de grootste lol samen en blijken ze best veel gemeen te hebben. Zou dit gevoel nou vriendschap zijn vraagt Nala zich af? Wat het ook is, het is nieuw voor haar, maar voelt wel fijn. Dat ze het ook spannend vindt probeert ze weg te duwen. Als ze daar aan toe gaat geven heeft ze niets van het afgelopen avontuur geleerd. Nala, waar zit je met je gedachten, hoort ze Dexter vragen. Als ze zijn kant op kijkt blijkt hij haar lachend aan te kijken. Een onverwacht gevoel maakt dat ze verlegen terug lacht. O zegt Nala, zat gewoon wat na te denken.

Aangekomen in het dorp komen ze Dexter zijn vader tegen. Praat jij maar even met vader zegt Dexter. Dan breng ik de paarden weg en geef ze te eten. Zo Nala, zegt hij, flinke brandwonden zie ik. Was je zo koppig en eigenwijs? Nala weet even niet wat te zeggen, maar gelukkig ziet ze nog net zijn knipoog voordat ze haar hoofd buigt. Nala betrapt zichzelf erop en spreekt zich zelf even streng toe dat hij een grapje maakt. Geen reden om je meteen zo klein te voelen. Ze kijkt de vader van Dexter aan en bedankt hem voor de les die hij haar geleerd heeft met behulp van Seadragon. Een pijnlijke, maar wel een waardevolle. Niemand heeft ooit zoiets voor mij gedaan, dank u wel meneer. Graag gedaan Nala, maar wat heb je nu eigenlijk geleerd?

Nou zegt Nala, ik heb geleerd dat ik met om hulp vragen veel verder kom en dat het vast ook een stuk gezelliger is als ik niet van een afstandje toe kijk in de hoop dat iemand aan mij vraagt of ik ook mee wil doen. Ow, en uw zoon valt ook best mee voegt Nala er tot haar eigen verbazing verlegen lachend aan toe. Mooi, zegt de vader van Dexter, je hebt zo te horen veel geleerd de afgelopen tijd. Vanaf nu mag je mij bij mijn naam noem ipv meneer. Mijn naam is Eros en aangezien jullie terug zijn en waardevolle lessen hebben geleerd is het tijd voor een feestje.

Nala gaat zich even opfrissen en hoewel ze het best spannend vindt en zich enigszins schaamd voor haar oude gedrag loopt ze met opgeheven hoofd naar het feestje. Met een andere houding blijken ook de overige dorpsbewoners helemaal niet zo nors als Nala dacht en het is dan ook super gezellig. Als het even rustig is en Dexter en Nala heel even met zijn tweeën zijn, vraagt Dexter zacht aan Nala wat haar plannen eigenlijk zijn. Blijf je hier of ga je weer terug naar huis? Ik heb nog geen idee, zegt Nala. Nou zegt Dexter, ik zou… uh… het eigenlijk wel fijn vinden als je zou blijven. Verrast kijkt Nala naar Dexter en ziet de verlegen blik in zijn ogen. Oh, is dat zo, zegt ze plagend. Ja, zegt Dexter, je bent eigenlijk helemaal niet zo onaardig als je eruit ziet. Nala weet even niet wat te zeggen, maar als ze naar Dexter kijkt blijkt hij haar ook te plagen. Jij bent ook niet zo onaardig als je eruit ziet hoor is het enige wat Nala kan uitbrengen. En staart daarna verlegen naar de grond. Het was eruit voor ze er erg in had en weet zich even geen houding te geven.

Dexter heeft het door en slaat zijn arm voorzichtig om haar heen. Het komt goed Nala, het komt goed. We zien wel hoe het loopt en ik zal er voor je zijn. Maar je zal ook zelf naar mij toe moeten komen. Moe als Nala eigenlijk is heeft ze geen woorden meer en schuift wat dichter naar Dexter.Dankjewel zegt ze tegen hem en legt haar hoofd tegen zijn schouder. 

Eros heeft het van een afstandje aanschouwt. Hij weet het zeker, over een jaar is hier eindelijk weer een bruiloft. En terwijl hij glimlachend weg loopt hoort hij muziek en Dexter die een liedje begint te zingen:

Thomas Berge: Geloof weer in jezelf

Updated: 24 augustus 2020 — 18:35

Geef een reactie

Merel Hogeweg © 2015 Frontier Theme